De Europese Uitzendrichtlijn reguleert de rechten en arbeidsomstandigheden van uitzendkrachten binnen de Europese Unie. De richtlijn, aangenomen in 2008, heeft als doel om een minimale bescherming voor uitzendkrachten te garanderen en om misbruik in de uitzendsector tegen te gaan.
Een samenvatting van de belangrijkste punten:
- Gelijke behandeling: Uitzendkrachten moeten vanaf de eerste dag van hun tewerkstelling dezelfde arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden hebben als vaste medewerkers van het bedrijf waar ze tewerkgesteld zijn. Dit omvat zaken zoals salaris, arbeidstijden, overuren, pauzes, nachtarbeid en vakantiedagen.
- Toegang tot faciliteiten: Uitzendkrachten moeten ook toegang hebben tot dezelfde bedrijfsmiddelen en faciliteiten als vaste medewerkers. Dit omvat bijvoorbeeld de kantine, kinderopvang of vervoer als dit door de werkgever wordt verstrekt.
- Toegang tot vacatures: Uitzendkrachten moeten dezelfde kans hebben als vaste medewerkers om te solliciteren naar een vaste functie binnen het bedrijf waar ze werken.
- Kwalificatie en opleiding: De richtlijn stimuleert werkgevers om uitzendkrachten toegang te geven tot training en opleiding, zodat ze hun vaardigheden kunnen verbeteren en hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt kunnen vergroten.
- Uitzonderingen: De richtlijn staat wel toe dat lidstaten of sociale partners (bijvoorbeeld vakbonden en werkgeversorganisaties) in bepaalde gevallen afwijken van het gelijkheidsbeginsel, bijvoorbeeld door middel van collectieve arbeidsovereenkomsten. Echter, deze afwijkingen moeten wel binnen de kaders van de richtlijn blijven en mogen niet ten koste gaan van de kernrechten van de uitzendkrachten.
De Europese Uitzendrichtlijn heeft als doel om de arbeidsmarkt binnen de EU flexibeler te maken en tegelijkertijd de rechten van medewerkers te beschermen, ongeacht het land waarin ze werken of hun contractvorm. Elk EU-land heeft deze richtlijn in nationale wetgeving omgezet, maar de exacte uitvoering kan per land verschillen.
In Nederland is de Europese Uitzendrichtlijn geïmplementeerd in de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (WAADI). Deze wet regelt hoe uitzendarbeid in Nederland moet worden uitgevoerd en zorgt ervoor dat de principes van de Uitzendrichtlijn worden nageleefd.
- Gelijke behandeling (Beloning en Arbeidsvoorwaarden)
- Beloning
Uitzendkrachten in Nederland hebben recht op dezelfde beloning als vaste medewerkers die dezelfde of vergelijkbare werkzaamheden verrichten bij de inlener (het bedrijf waar ze werken). Dit geldt vanaf de eerste werkdag. Dit betekent dat zaken zoals loon, toeslagen, werktijden, overuren, en vergoedingen zoals reiskosten gelijk moeten zijn.
- Collectieve arbeidsovereenkomst (cao)
In de uitzendbranche geldt de Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU)-cao of de NBBU-cao. Hierin staan regels over de rechten van uitzendkrachten. In bepaalde situaties kan een uitzendbureau afwijken van de gelijkwaardige beloningsregeling, maar dit mag alleen binnen de kaders van de cao en met bepaalde beperkingen.
- Toegang tot bedrijfsmiddelen en -faciliteiten
In Nederland moeten uitzendkrachten toegang hebben tot dezelfde faciliteiten als vaste medewerkers. Dit kan variëren van toegang tot de kantine tot het gebruik van bedrijfsvervoer of andere voorzieningen die door de werkgever worden aangeboden.
- Toegang tot vacatures
Uitzendkrachten moeten dezelfde kansen krijgen om te solliciteren naar vaste functies binnen het bedrijf waar ze tewerkgesteld zijn. Dit houdt in dat ze op de hoogte moeten worden gebracht van openstaande vacatures en net als interne medewerkers moeten kunnen solliciteren.
- Kwalificatie en opleiding
Nederlandse uitzendbureaus en werkgevers worden aangemoedigd om uitzendkrachten de mogelijkheid te bieden om trainingen en opleidingen te volgen. Dit helpt niet alleen bij het verbeteren van hun huidige werkprestaties, maar ook bij hun toekomstperspectieven op de arbeidsmarkt.
- Informatieplicht van uitzendbureaus
Nederlandse uitzendbureaus hebben de plicht om hun uitzendkrachten te informeren over hun rechten en plichten. Dit omvat informatie over de arbeidsvoorwaarden, de werkomstandigheden, en de mogelijkheid om na een bepaalde periode een contract met het inlenende bedrijf te krijgen.
- Uitzonderingen en flexibiliteit
In de Nederlandse wetgeving kunnen via cao’s bepaalde uitzonderingen worden gemaakt op de gelijkheidsregel, met name voor de eerste fase van de uitzendovereenkomst. Dit is mogelijk onder de voorwaarde dat de rechten van de uitzendkracht op de lange termijn niet worden ondermijnd.
- Bescherming van uitzendkrachten
De WAADI bevat ook bepalingen die ervoor zorgen dat uitzendkrachten worden beschermd tegen misbruik en slechte arbeidsomstandigheden. Zo zijn er regels voor het omgaan met uitzendarbeid, waaronder het verbod op het rekenen van kosten aan uitzendkrachten voor het bemiddelen naar werk.
Handhaving en Toezicht
In Nederland ziet de Inspectie SZW (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) toe op de naleving van de wetgeving met betrekking tot uitzendwerk. Bedrijven die zich niet aan de regels houden, kunnen worden beboet.